gestreepte goudspanner Camptogramma bilineata

Familie

spanners (GEOMETRIDAE)

Zeldzaamheid

Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.

Rode lijst

niet bedreigd

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Half mei-eind augustus in één, mogelijk twee generaties. De vlinders zijn overdag gemakkelijk op te jagen. In vergelijking met de aantallen die in de schemering rondvliegend en bloembezoekend worden waargenomen, komen ze weinig op licht.

Levenscyclus

Rups: augustus-juni. De soort overwintert als rups op de waardplant en verpopt zich in losse aarde.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Yellow Shell

Duitse naam

Ockergelber-Blattspanner

Franse naam

la Brocatelle d'or

Oud Nederlandse naam

brandnetelspanner, goudspanner

Synoniemen

Larentia bilineata, Euphyia bilineata, Cidaria bilineata

Meer

Toelichting Nederlandse naam

Een spanner met veel dwarsstrepen en een goudgele grondkleur.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Camptogramma: kamptos is gebogen en gramma is lijn; de bochtige lijnen, vooral de buitenste rand van de mediane band, op de voorvleugels.
bilineata: bi is twee en linea is lijn; van de 'dubbele' lijnen die de mediane band begrenzen. Macleod heeft het over twee banden op iedere voorvleugel; dat mag wel zo zijn, maar het is niet de uitleg van Linnaeus.

Auteursnaam en jaartal

(Linnaeus, 1758)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 13-16 mm. Enigszins variabel van kleur, maar altijd goed herkenbaar door de unieke combinatie van kleur en tekening. Bij de meeste exemplaren hebben zowel de voor- als de achtervleugel een goudgele grondkleur. De talrijke fijne bruinachtige gegolfde dwarslijnen geven deze spanner een gestreept uiterlijk. Op de voorvleugel zijn de centrale dwarslijnen opvallend goed te onderscheiden door hun helderwitte kleur; de buitenste daarvan loopt door over de achtervleugel. De dwarslijn in het wortelveld en de golflijn zijn vaak ook wit, maar minder duidelijk te onderscheiden. Vooral bij het vrouwtje zijn vaak twee (donker)bruine dwarsbanden te zien die grenzen aan de witte centrale dwarslijnen.

Kenmerken rups

Tot 24 mm; zeer variabel in kleur van groen tot roodachtig bruin of grijs, met gele of roze insnijdingen tussen de segmenten; over het midden van de rug een donkere en twee lichte lengtestrepen; onder de spiracula een brede lichte lengtestreep; kop lichtgroen, bruin of grijs met donkerder tekening.

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Vooral struwelen, houtwallen, akkerranden, tuinen, brede bospaden, heiden, moerassen en rivieroevers.

Planten

Diverse kruidachtige planten zoals walstro, zuring, muur en viooltjes.

Waardplant

Walstro
Galium

Zuring
Rumex

Muur
Stellaria

Viooltje
Viola

Actualiteiten

Ontdek meer

Tijdschriften

Soorten uit dezelfde familie spanners (GEOMETRIDAE)

schijn-sparspanner
Thera britannica

lindeknotsvlinder
Plagodis dolabraria

klaverblaadje
Macaria notata

zwartvlekdwergspanner
Eupithecia centaureata

drievlekspanner
Stegania trimaculata

guldenroededwergspanner
Eupithecia virgaureata

Alle soorten uit deze familie