rode vlekkenuil Cerastis rubricosa

Familie

uilen (NOCTUIDAE)

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt verspreid over het land voor, vooral in de duinen en op de zandgronden in het binnenland. RL: kwetsbaar.

Rode lijst

kwetsbaar

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Begin maart-eind mei in één generatie. De vlinders komen op licht, smeer en wilgenkatjes.

Levenscyclus

Rups: april-juli. De rups foerageert ´s nachts en zit overdag op de waardplant. De soort overwintert als pop in een stevige zijdeachtige cocon.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Red Chestnut

Duitse naam

Rotbraune Frühlings-Bodeneule

Franse naam

la Noctulelle rubiconde

Synoniemen

Pachnobia rubricosa, Agrotis rubricosa, Orthosia rubricosa

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De grondkleur van deze vlinder is roodachtig en volgens de Latijnse soortnaam is het de kleur van rode oker. De kleur is zeker niet egaal en door de tekening maakt het een vlekkerige indruk.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Cerastis: kerastes is gehoornd. Dit verwijst naar de antennen van het mannetje die tweezijdig geveerd zijn. Omdat Linnaeus de Noctua's had beschreven met niet geveerde antennen, is dit een belangrijk onderscheid.
rubricosa: rubricosus is heeft de kleur van rode oker, naar de grondkleur van de voorvleugels.

Auteursnaam en jaartal

(Denis & Schiffermüller, 1775)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 14-17 mm. De voorrand en de achterrand van de voorvleugel zijn tamelijk recht en vormen samen een bijna rechte hoek; de binnenrandhoek is afgerond. De voorvleugel heeft een gelijkmatige rood- of purperachtig getinte, licht- of donkerbruine kleur met een variabele lichtgrijze bestuiving; in de vaak brede lichtgrijze strook langs de voorrand liggen drie bruine vlekken. De tekening is tamelijk vaag. De ringvlek, niervlek en dwarslijnen zijn meestal nauwelijks lichter dan de omgeving en hebben tamelijk onduidelijke contourlijnen.

Kenmerken rups

Tot 41 mm; lichaam roodachtig bruin, soms met groene zweem, over de rug een rij donkere, driehoekige vlekken; langs de rug twee rijen geelachtige vlekjes, afgewisseld met zwarte driehoekjes met een wit stipje in hun centrum; onder de spiracula een brede, witachtige lengteband; kop geelachtig bruin met donkerder tekening.

Gelijkende soorten vlinder

De witringuil (C. leucographa) is gemiddeld iets kleiner en de voorrand van de voorvleugel is licht gebogen; de ringvlek en de niervlek vallen meestal goed op en de grijze bestuiving op de voorvleugel is hooguit slechts zeer smal langs de voorrand aanwezig.

Gelijkende soorten vlinder

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Vooral loofbossen en struwelen; ook heiden en tuinen.

Planten

Diverse kruidachtige planten, loofbomen en struiken, waaronder walstro, zuring, wilg en bosbes.

Waardplant

Walstro
Galium

Zuring
Rumex

Wilg
Salix

Bosbes
Vaccinium

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

Alle soorten uit deze familie